Ik ben bekaf. Jij ook?
Ook ik moet eraan geloven. De spreekwoordelijke spiegel. Normaal gesproken kijk ik er vol zelfvertrouwen in en knipoog ik een keer naar mezelf. Maar soms effe niet. Soms beperk ik me tot een vlugge blik en onthoud ik me van een echt kritische kijk op mezelf. Dat kun je best even volhouden, maar er komt altijd een moment dat je weet dat je aan de bak moet. En dat gevoel had ik al een tijdje. Ik was onrustig, had te weinig ruimte in mijn agenda en in mijn hoofd en liep te worstelen met keuzes, zowel zakelijk als privé. Voor mij allemaal graadmeters dat er iets moet gebeuren.
In zo’n geval is het altijd een goed idee om, ja ook voor mij, hulptroepen in te schakelen om die spiegel te trotseren. Dus gaat deze professional op zoek naar een andere professional (lees: coach). Een mission impossible. Want die coach is (in mijn beeld) dan weer niet professioneel genoeg; is altijd te zachtaardig, heb ik binnen de kortste keren om de tuin geleid, zegt sowieso de verkeerde dingen en als ie wel de goede dingen zegt is het mijn tekst of wist ik het al lang.
Met frisse tegenzin vertrouw ik dan maar op het advies van een vriend om bij coach Carel aan te kloppen. “Die kan jou wel aan” of “die laat zich niet wegblazen” zeggen mijn fijne vrienden dan. Wat dat ook mag betekenen. Het voelt sowieso onwennig, want al bij het eerste contact heb ik het gevoel de controle uit handen te moeten geven. En dat doe ik uiteraard bij voorkeur niet.
De eerste sessie blijf ik braaf, dat kan ik nog wel handelen. Intake, beetje kletsen. Prima; doen we. Maar dan. De tweede sessie. Carel is een rustige man, maar zegt ook van alles. Want ja, dat doen coaches. En het gaat over mij! Hij zegt iets over mij! Wie denkt hij wel dat hij is? Ik weet toch zelf wel wie ik ben en hoe het moet? Ik ga vol in de aanval, trek mijn hele emotionele-manipulatie-trukendoos open en saboteer waar mogelijk. En wat doet Carel? Die blijft rustig en blijkt onvermoeibaar.
Onverrichter zaken ga ik naar huis. Het enige tastbare resultaat is oververmoeidheid en verspilde energie. Ik ben bekaf. Bekaf omdat ik de hele tijd tegen mezelf zit te vechten. Tegen alles wat ik in mijn hoofd heb, alles waarvan ik bedacht had dat het zo moet en vooral: alles wat ik vind dat ik moet zijn. Ik zit midden in een zelfreflectie waar ik me, tactisch en minder tactisch, alleen maar tegen wil verzetten. Die tergende zelfreflectie. Ik sta helemaal niet te springen om in die spiegel te kijken en in te zoomen op mijn gedoe. En gatver, ik heb daar ook nog hulp bij nodig!
Ik zit in precies hetzelfde schuitje als veel van mijn klanten. Waar ik normaal degene ben die die tergende zelfreflectie veroorzaakt, heb ik nu zelf een blik van buitenaf nodig. Iemand die je scherp stelt en meer ziet dan alleen al dat gedoe. Je kunt zelf niet altijd duiden wat je in je hebt. En als je dat wel kunt is de kans groot dat je er doodsbang voor bent.
Carel is een oase van rust, niet kapot te krijgen. Hij laat me mijn gedoe onder ogen zien om het vervolgens los te laten. En hij gelooft in mij. Hij gelooft dat ik mijn gedoe kan laten varen om weer vooruit te komen en verdorie, dat doet ie goed!
Dus zeg ik tegen mezelf: let go! Durf in die spiegel te kijken. Het levert je vrijheid op en ruimte om te groeien. Je bent meer dan alleen je gedoe. Even heb ik totale compassie met mijn klanten. Al kan ik je niet beloven dat dat nog steeds zo is de volgende keer dat we elkaar zien…
Yvonne